21-30 juli

21 juli. Schitterend weer zonder wolkjes in de lucht. Het is de derde dag dat we zulk schitterend weer in onze vakantie meemaken. We zijn bijna vergeten dat de hemel ook nog wolkenloos kan zijn. We varen naar Spaarndam, het is echter niet wat we ervan verwachten. We zoeken een plekje met stroom waar we overnachten. 22 juli. Varen naar Haarlem en meren af aan de kade van het Binnen Spaarne, vlak bij het centrum van de stad dicht bij het Teyler Museum dat we bij een eerdere gelegenheid hebben bezocht. Het is warm maar wel met een fris windje. Na wat zoeken vinden we een mooi terras op de Grote Markt waar we enkele glaasjes nuttigen. We blijven ook de volgende dag in Haarlem. Op 24 juli varen we naar Delft. Het eerste deel, de Ringvaart van de Haarlemmermeerpolder is saai. Het tweede deel, de Kagerplassen en de omgeving van Leiden en Voorburg zijn interessant, vooral de aan het water liggende bebouwing. Dat is een groot verschil met Duitsland waar de bebouwing aan het water vaak zeer slecht onderhouden is en niet om aan te zien. Na circa vier uur zijn we in Delft en meren af in de Kolk. We blijven hier twee dagen. Er komen bij mij allerlei herinneringen naar boven uit mijn studentijd. Het pand Noordeinde 12, waar ik op een jaar na tijdens mijn studie heb gewoond, is nog steeds een studentenhuis maar nu bewoond door Virgilianen en Corpsleden. We treffen het wel met het weer. Het is zonnig en warm, een combinatie die we nog maar zelden hebben meegemaakt. Op 27 juli vertrekken we uit Delft varen naar Rotterdam, waar we afmeren in de Oude Haven naast de Museum Haven. Het is regenachtig weer waar we inmiddels aan gewend zijn geraakt. We bezoeken de Markthal en hopen op beter weer. 29 juli vertrekken we naar Dordrecht in het gezelschap van talloze regenbuien en veel wind. We krijgen een mooi plaatsje in de Nieuwe Haven toegewezen. De volgende dag varen we via het Hollands Diep naar Willemstad. Het is hier wel zaak geregeld achteruit te kijken. Doe je dat niet dan loop je het risico ineens door een paar honderd ton "scheeps ruimte" te worden ingehaald. Dat is dan wel even schrikken! Dus we kijken nu regelmatig naar achteren om oplopers te spotten.ondanks de drukte krijgen we eenmooi plekje toegewezen in de gemeentelijke jachthaven. We krijgen hier bezoek van Geeske en Boudewijn waarmee we van een heerlijke lunch genieten en de laatste nieuwtjes uitwisselen. Op 2 augustus varen we naar Buinisse. Er is veel wind voorspeld zodat we hier twee dagen blijven. De haven is enorm groot en daardoor ook niet gezellig. We moeeten hiet twee dagenblijven vanwege de harde wind. Na de dieseltankks weer gevuld te hebben vertrekken we naar Brouwershaven. 6 oktober is er een weersverbetering. Hoewel er nog een windkracht 5 met uitschieters 6 staat besluiten we toch naar Zierikzee te varen. De voorspelling vaan de wind is WNW 5-6. Dit betekent dat we tot Stavenisse in de luwte van Duiveland varen. Echter nadat we geschut zijn in de Grevelingensluis en naar het zuidwesten afbuigen blijkt de wind gekrompen te zijn en hebben we windkracht 5 en soms 6 recht op de kop! Na wat experimenteren met snelheid en koers blijkt dat recht tegen de golven in varen met 2000 toeren het beste resultaat oplevert. Hoewel er boven de boot bijna even veel water langs komt als er onder raken we daar aangewend. Het is ook niet voor niets dat de reddingsboten van de KNRM vroeger hetzelfde sloepmodel hadden als onze Gillissenvlet. Al met al doen we er 3,5 uur over voordat we kunnen afmeren in de haven van Zierikzee. We krijgen daar door de havenmeester en mooi plekje achter het bruggetje toegewezen.